Home     Foto's     Agenda      Werkwijze      Contact     FAQ


Werkwijze

Algemeen
Boetseren is, in het kort, 'een techniek waarbij een driedimensionale vorm ontstaat uit klei.
Deze vorm wordt in een keramiekoven geplaatst en verhit, waardoor het materiaal hard en duurzaam wordt'.

Al de objecten, van klein tot groot, zijn handgevormd, uniek en gesigneerd. Zie ook de opbouw en afwerking van 'Lieve Catootje'.

Klei
Er zijn diverse kleisoorten.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen boetseervorm, handvorm, draaivorm of gietklei, verder tussen aardewerk, steengoed en porseleinklei.

Vorstbestendige klei is zo samengesteld dat het verschillen in temperatuur goed aankan. Dat maakt het mogelijk om tuinbeelden, potten, vazen of schalen te maken die in principe het hele jaar buiten kunnen staan. Deze werkstukken worden dan afgewerkt met een glazuren die daarvoor geschikt zijn.
Ook zijn er diverse kleuren klei op de markt variërend van zwart tot helder wit en van gespikkeld tot roze.

Meestal wordt aan klei 15 tot 40% chamotte toegevoegd. Dit is reeds gebakken klei, die fijngemalen, aan zachte klei wordt toegevoegd (van 0,2 mm tot 2 mm korrelgrootte). De uiteindelijke kleisoort wordt daardoor sterker en is beter bestand tegen kromtrekken en thermische schokken bij het bakproces.

Opbouw
Er zijn meerdere opbouwtechnieken bijvoorbeeld:
1. een opbouwtechniek bijv. met kleirollen, kleiplaten of kleine kleiplakjes,
2. een massieve boetseertechniek waarbij het werk later wordt uitgehold,
3. een drukmaltechniek waarbij de kleimassa in een mal wordt gedrukt en
4. de draaitechniek.

Welke techniek toegepast wordt ligt aan het te maken object. Meestal wordt techniek 1 t/m 3 gebruikt.

Het bakproces
Klei krijgt zijn stevigheid door het bakken. Op grond van kleimengsel en baktemperatuur wordt het eindproduct grofweg ingedeeld in drie soorten: aardewerk, steengoed en porselein.

  • Aardewerk is vrij poreus (denk aan de rode aardewerken bloempot). Het is niet waterdicht en kan voorzien worden van een glazuurlaag om het te beschermen tegen vochtinsijpeling. Baktemperatuur ligt tussen de 900 en de 1200 graden Celcius.

  • Steengoedgebakken klei heeft een zeer lage poreusheid en een hard voorkomen. Het heeft geen glazuurlaag nodig om waterdicht/vorstbestendig te zijn en wordt gestookt boven de 1200 graden Celsius.

  • Porselein is een heel speciale kleisoort en niet meer poreus (baktemperatuur ligt boven de 1240 graden Celcius) en wordt meestal (heel) dun verwerkt.  
      

De vrolijke beelden worden nadat ze gedroogd zijn meerdere malen in een elektrische, computergestuurde krachtstroomoven gebakken.

De biscuitstook (1e keer bakken) geschiedt op 980 gradenCelcius dat maakt de klei sterk genoeg voor het aanbrengen van onderglazuur (de kleuren). Na opnieuw drogen wordt het beeld voorzien van een glansglazuur. Vervolgens moet het beeld opnieuw drogen. Daarna is het beeld eindelijk gereed om voor een tweede keer gebakken te worden.
Nu ligt de stooktemperatuur een heel stuk hoger, namelijk rond de 1245 graden Celcius. Het werkstuk wordt daardoor een heel stuk sterker. Klei, onderglazuur (de kleuren) en de toplaag (glansglazuur) versmelten tot een geheel. De kleuren komen heel helder en mooi tevoorschijn.

De onderzijde van elk beeld is niet/nauwelijks geglazuurd omdat het beeld anders door de zeer hoge baktemperatuur aan de ovenplaten zou vastsmelten. Die ovenplaten echter zijn voorzien van een speciale laag. Die laag  breekt van de ovenplaat af en kan daarna van het beeld afgeslepen worden.
Soms volgt er een derde stook om luster (een "goud" laag ) of extra decoratie aan te brengen.


Glazuren

Zoals reeds gezegd wordt met (onder)glazuren het werkstuk de gewenste kleur en uitstraling gegeven. Ze worden met een penseel, spons of airbrush-pistool (in meerdere lagen) aangebracht.

Er zijn niet veel steengoedglazuren in heldere/sprankelende kleuren. Daarom wordt voor de creaties die op hogere temperaturen gebakken moeten worden speciale onderglazuren gebruikt. In een spuitcabine wordt uiteindelijk een heldere glansglazuur op de werkstukken aangebracht.